Maandelijks archief: november 2011

Mijn generatie

Pieter Hilhorst - Afbeelding: de Volkskrant

Pieter Hilhorst heeft een paar twintigers gesproken en hij begreep ze niet. Hilhorst woonde een debat in de Rode Hoed bij, en verbaasde zich over wat hij noemt “de blijmoedige zelfoverschatting” van, vooruit dan maar, mijn generatie. “De twintiger heeft het idee dat z’n eigen leven wel maakbaar is, maar de wereld om hem heen niet.” zei hij ook. Dat roepen we toch al jaren over “de Nederlander”, ongeacht hoe oud die is, dacht ik toen.

Hilhorst schetst in de Volkskrant een herkenbaar beeld van mijn generatie. Sterker, ik herken mijzelf erin: ook ik wantrouw de tandeloze en soms verdwaasde Occupy-beweging, ook ik was na mijn studie werkeloos, ook ik ben afhankelijk van mijn ouders, ook ik ben inmiddels zzp’er in de marge en ook ik ben behoorlijk individualistisch ingesteld.

Tot zover de een-op-een-relatie tussen zijn beeld en mijn leven. Ik ben namelijk echt niet zo naïef om te denken dat wereldwijde economische ontwikkelingen mij niet raken. En ik lijd al helemaal niet aan “blijmoedige zelfoverschatting”. “Als de wereld vol onzekerheden zit, kun je maar beter zeker van jezelf zijn”, zo karakteriseert hij mijn generatie. Die mensen zullen er zeker zijn, maar ik vrees dat voor veel anderen geldt: als de wereld vol onzekerheden zit, doordat de verzorgingsstaat moedwillig wordt afgebroken bijvoorbeeld, dan ben je tot op zeker hoogte inderdaad op jezelf aangewezen. Dat is geen blijmoedige zelfoverschatting, dat is aan cynisme grenzend realisme. Een gevoel van urgentie dat geen ruimte krijgt door een nog sterker gevoel van machteloosheid.

Het is niet meer vanzelfsprekend dat iedere generatie het beter heeft dan de vorige, daar heb ik me al bij neergelegd. Maar dit alles betekent niet dat ik me wil afkeren van de samenleving, noch dat ik mijzelf dolgraag, vol “blijmoedige zelfoverschatting”, in een Darwiniaanse overlevingsstrijd wil werpen. Dat ik individualistische trekjes vertoon, betekent niet dat ik voorstander ben van een, excusez le paradoxe, compleet geïndividualiseerde maatschappij.

Tot slot: ik denk al helemaal niet dat mijn eigen leven wel en de samenleving niet maakbaar is. Ik vermoed dat ze het allebei een beetje zijn. Verder begrijpen Pieter Hilhorst en ik elkaar perfect.

23 november 2011, hardhoofd.com

.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Notities

Politieke interruptie

Afgelopen week deed staatssecretaris Veldhuijzen-Van Zanten (CDA, Zorg, dubbel paspoort) iets raars. Ze snoerde tijdens een Kamervergadering de voorzitter de mond.

Wat volgde was de gebruikelijke verontwaardiging. Ook ik liet me op Twitter niet onbetuigd: “hoe diep de rot zit bij het CDA”, schreef ik. Een tv-recensent schreef dat Van Zanten geluk had dat Rijk de Gooijer stierf, anders was het bewuste fragment veel vaker herhaald. Een ander riep de vuistslag van LPF’er Alblas in herinnering. Zelf dacht ik aan het befaamde kotsvingertje van Hans Hoogervorst.

Ik wilde hier dus iets boos gaan schrijven over het failliet van het CDA. Dat zelfs een geloofwaardig ‘verhaal’ de partij niet gaat redden wanneer haar vertegenwoordigers zulk een gebrek aan beschaving aan de dag leggen. Iets over Henk Bleker en zijn tenenkrommende briefje aan Mauro misschien. Of over de compleet verziekte sfeer, waarin het gebrek aan respect tijdens de discussie tekenend is voor het rücksichtslose bezuinigingsbeleid van dit kabinet.

Maar mevrouw Van Zanten is nog maar kort lid van het CDA, te kort om volledig gecorrumpeerd te zijn door Maxime. Na wat twijfelen zag ik het helderder: het filmpje zegt eigenlijk weinig. Er is geen enkele context, alleen een paar seconden die zeker ophef zouden veroorzaken. For all I know heeft de voorzitter haar die hele middag zitten pesten.

Een faux-pas van iemand die zichtbaar onder druk staat, decorumverlies noemen ze het in de medische wetenschap wel eens. Al valt op haar functioneren best wat aan te merken, dit was de spreekwoordelijke kat in het nauw, niet meer. En zo gaat ook dit stukje niet over de inhoud. Want waar ging die vergadering eigenlijk over?

9 november 2011, hardhoofd.com

.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Notities

Iets over Joan Didion

Joan Didion. Tot riep de naam niet veel op dan een vaag gevoel van herkenning. Wel eens van gehoord? Ja, iets met een overleden man en kind, toch? Begin dit jaar kwam ik toevallig haar essay Goodbye to all that tegen – hier om precies te zijn – waarin ze zich haar leven als jonge vrouw in New York herinnert. Het leest als het verslag van een droom, maar waar dromen doorgaans hun magie verliezen zodra ze naverteld worden, weet Didion steeds de juiste woorden bij de beelden te vinden, zonder ooit in sentimentaliteit te vervallen.

Vorige week kocht ik, na een welkome herinnering, eindelijk een bundel met haar non-fictie werk: We tell ourselves stories in order to live. Ik ben er pas net in begonnen en wil hier slechts enkele kleine dingen noemen die mij tot nu toe opvielen. Afgezien van het bovenstaande citaat – dat ontzettend veel associaties oproept, maar hier even voor zich moet spreken want daar wil het een andere keer over hebben – eigenlijk alleen de volgende twee uiterst onbelangrijke observaties.

Allereerst: een profiel van Newt Gingrich uit 1995 opent met een opsomming van personen, gebeurtenissen en boeken die hem hebben geïnspireerd. Gingrich, ook dit jaar in de race om presidentskandidaat voor de republikeinse partij te worden, noemde ruim anderhalf jaar geleden zijn huidige tegenstrever Herman Cain – u weet wel, die pizzabakker die in de buurt van vrouwen ‘niet zo handig in de omgang is’ – als voorbeeld. En iets verderop trouwens ook Huizinga’s Herfsttij der Middeleeuwen.

Het tweede dat opviel, was dat Didion in Slouching towards Bethlehem (1967), over San Francisco in de jaren ’60, vertelt hoe een zweverig type de numerologie van haar naam uitvogelt (een pseudo-wetenschap à la astrologie). “Mine has a double death symbol”, schrijft ze. Een uiterst wrange toevalligheid wanneer je bedenkt dat ze de afgelopen tien jaar twee veelgeprezen boeken schreef over het verlies van haar man, de schrijver John Gregory Dunne, en haar dochter Quintana.

Zoals gezegd: twee niet al te belangwekkende observaties. Maar doe er uw voordeel mee.

.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Notities

Vrijheid

Ik heb het opgegeven. Mijn pogingen op basis van pure wilskracht mijn internetgedrag (lees: mijn neiging tot eindeloos facebook refreshen, e-mail binnenhalen en wikipedia-pagina’s lezen) te controleren liepen op niets uit. Ik ben in de jaren tachtig vrij geboren, maar sinds de opkomst van het internet overal geketend. Of iets dergelijks.

Ik wist al langer van het bestaan van het programma Freedom, dat je internet voor een bepaalde tijd afsluit, maar voelde me er eigenlijk een beetje te goed voor. Welke slappeling kan zijn browser niet een paar uur onaangeroerd laten wanneer dat nodig is? Ik dus.

Deze nieuwe zelfkennis had een flinke deuk in mijn ego kunnen betekenen. Je komt jezelf tegen, zoals dat heet, en ontdekt een karaktertrekje dat zwakker is dan je zou wensen. Gelukkig ben ik niet de enige, en is het ook nog eens verstandig je pogingen op te geven om op basis van wilskracht onnozele dingen als niet ‘internetten’ te bereiken.

Afgelopen weekend las ik een recensie van het boek Willpower van John Tierney en Roy Baumeister. Hendrik Spiering schrijft:

Want, zo heeft Baumeister eind jaren negentig ontdekt, een mens heeft geen eindeloze voorraad wilskracht. De een heeft van nature misschien meer zelfcontrole dan een ander, maar als je die beperkte vermogens tot zelfcontrole vooral besteedt aan dagelijkse beslissinkjes, houd je minder mentale energie over voor grootsere daden. En tegen nieuwe, belangrijke zaken ga je enorm opzien. Liever nog even tv. Of de krant lezen. En dus niet eindelijk de schuur eens opruimen, laat staan een nieuwe hobby beginnen.”

Of ik de schuur opruimen zou willen zien als een grootsere daad dan de krant lezen? Dat weet ik niet. Maar het gegeven dat er een beperkte hoeveelheid wilskracht beschikbaar is, was nieuw voor mij.

Toen ik diezelfde dag naar een oud interview met Zadie Smith luisterde, en ze naar aanleiding van haar artikel over Facebook in de New York Review of books vertelde dat ze haar telefoon verstopte en internet door middel van Freedom afsloot om te kunnen werken, besloot ik dat het absurd was me daarvoor te goed te voelen. Na een halve dag van de uitprobeer-versie gebruik te hebben gemaakt, was ik verkocht. Handelingsvrijheid opgeven om je mentaal zoveel vrijer te voelen, het is een prachtige paradox.

Ik wilde nog iets schrijven over hoe de rede slechts de slaaf van de passie is, of zou moeten zijn. En hoe internetpagina’s verversen moeilijk een passie genoemd kan worden, en dat passie en rede allebei slaven van de verstrooiing zijn. Maar terwijl ik dit schrijf staat mijn internet uit, en ik kan het precieze citaat van Hume en de context niet opzoeken. Wanneer ik dit upload, ben ik waarschijnlijk toch te druk met Facebook verversen.

.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Notities

Beginzin

Ik vond nergens foto van mijn suikerpot. Daarom deze met, als u goed kijkt, een zoutvat en een pepermolen.

Ik las vandaag Marjolijn Februari’s De literaire kring. Getuige haar columns is ze de onbetwiste koningin van de beginzin. U zult begrijpen dat ik, nadat ik het boek open had geslagen, enigszins teleurgesteld was toen ik las: “De suikerpot viel van tafel.”

Hondervijftigeneenpaar pagina’s later viel een geopende suikerpot van mijn eigen tafel. Ik kon het ding ternauwernood met anderhalve vinger vastgrijpen. Mijn eerste gedachte verraadde mijn natuur, ik dacht namelijk: bah, dat gaat ooit weer een keer gebeuren, en dan vang ik hem vast niet.

Pas toen schoot de openingszin van De literaire kring me weer te binnen. Ik bladerde voor de zekerheid terug, en concludeerde dat Februari nog veel betere beginzinnen schrijft dan ik aanvankelijk dacht, of zelfs voor mogelijk had gehouden. Enige foutje: Victor Herwig, de journalist die in het boek opspringt om de pot te vangen, grijpt net mis. Ik zie het maar als een waarschuwing, de volgende keer dat ik over een vallende suikerpot lees, zet ik de mijne voor de zekerheid even terug in de kast.

.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Notities